Spelregels

11 Tafeltennis basisregels

Elf tafeltennis-basisregels

1. Elke game gaat tot elf punten
2. Een wedstrijd gaat volgens de ‘best of five’ methode: diegene die het eerst drie games wint, heeft gewonnen
3. Om een game te winnen moet er minimaal twee punten verschil zijn
4. De opslag/service wisselt om de twee keer
5. Vanaf 10-10 wisselt de service om en om, telkens één opslag per persoon per keer
6. Bij de opslag moet je de bal plusminus 16 centimeter recht omhoog gooien voordat je de bal slaat
7. Via een toss bepaal je wie de wedstrijd met de opslag mag beginnen
8. Bij de service moet je de bal op een vlakke hand hebben bij de opgooi
9. Je hand met bal mag bij het begin van de opgooi niet onder de tafel zijn
10. Je tegenstander moet de bal bij de opslag kunnen zien, je mag hem niet afschermen met een hand, hoofd, schouder of buik
11. Je bent verplicht met een batje te spelen met een zwart rubber aan de ene kant en aan de andere kant een rubber met een heldere kleur die duidelijk verschilt van zwart en van de kleur van de bal